[Interview] Wonen in Amerika

Na ruim een jaar in Boston zijn we er aardig aan gewend: het Amerikaanse stadsleven, de vriendelijke begroetingen, de prachtige natuur. Niets nieuws. Maar hoe is het dagelijkse leven hier? Een goede vraag die Amerika-fanaten van USA365.nl mij stelden. De site interviewde mij daarom over het eerste jaar wonen, werken én genieten in de VS.

Voel je je al een beetje Amerikaanse?
“Ja, best wel eigenlijk. Niet zozeer Amerikaans, maar ik denk dat we aardig meegaan in het leven hier. Het gaat inmiddels ‘zijn gangetje’. We zijn aan het werk en doen in het weekend leuke dingen. De tijd gaat snel, we zijn hier alweer bijna anderhalf jaar. Ondanks de verschillen die er wel degelijk zijn, voelde het als verhuizen naar een andere stad en niet per se als emigreren naar een ander land.”

In jouw gastbijdrage van juli 2016 noemde je uithoudingsvermogen, voorliefde voor de VS, een gezonde dosis heimwee en een flexibele houding als de belangrijkste voorwaarden voor dit avontuur.
“Klopt. Ik merk hier dat wat ik tijdens mijn vakanties in Amerika heel leuk vond, zo blijft. De prachtige natuur en de afwisseling, maar ook simpele dingen als bezoek aan supermarkten, restaurants, sportwedstrijden, producten, de mensen; ik vind het nog steeds heel leuk om al die dingen te doen en te zien. Zet mij maar neer in een Ihop, Target of Cheesecake Factory. Of in het Fenway-honkbalstadion, ook niet verkeerd, toch? Ik denk wel dat je dat ‘kneuterige’ moet houden. Betreft het uithoudingsvermogen en de flexibele houding moet je voor een emigratie natuurlijk veel regelen en opnieuw ontdekken. In het eerste jaar was er elke dag wel iets nieuws waarmee we te maken kregen. Je moet dus wel openstaan voor vernieuwing en zin hebben om iets op te bouwen.”

Er komt bij zo’n emigratie veel regelwerk kijken met visa en allerlei processen. Is dat traject nu afgerond?
“Het meeste was geregeld voordat we hier heen kwamen. Er zijn verschillende visa met andere lengtes en restricties. Het komt er in feite op neer; kom je kennis brengen of geld halen? Wij kregen een visum voor vijf jaar, dat door de universiteit waar Thijs werkt is ‘gesponsord’. Ergens anders gaan werken kan op dit visum bijvoorbeeld niet. Dat we voor vijf jaar goed zitten, scheelt heel erg, want vaak kun je maar voor één of twee jaar blijven. Daarna moet je gaan vernieuwen en daarvoor vaak zelfs het land uit en dan weer in. Wel moest ik een werkvergunning aanvragen. Moest ik drie maanden op wachten, dus meteen aan het werk gaan was er niet bij. Dat wachten duurde best lang.”

Wat viel bij het emigreren het meeste tegen?
“Ik denk dat ik alles onder de noemer bureaucratie kan vatten. Zo vond ik men hier vanaf het begin erg inefficiënt werken. Dat heb ik wel leren waarderen: de vele regels in Nederland. Dat het allemaal gestructureerd is. In Nederland is veel gedocumenteerd en digitaal, waar hier dingen nog vrij ouderwets verlopen, met veel papieren rompslomp. Zelfs internetbankieren is hier niet de standaard. Er komen soms wel drie mensen voor iets aan te pas, terwijl er in Nederland één iemand op zit. Je moet ervan uitgaan dat alles wat langer duurt dan in Nederland. Ik merk dat ik nu best vaak zeg; ‘goh, wat een gedoe’.”

Lianne schrijft, Green Mountains

Wat doen jullie voor werk?
“Mijn man Thijs werkt in het kankercentrum van MGH (Massachusetts General Hospital, red.) en aan Harvard Medical School. Daar doet hij een postdoctoraal − onderzoek voor een aantal jaar – met als specialisatie borstkanker en neurofibromatose type 2. Daarnaast geeft hij gastcolleges en begeleidt studenten om in het laboratorium te werken. Ik werk bij een bakkerij/cafeetje, Flour Bakery, een keten met zeven locaties in Boston en Cambridge. Bewust een laagdrempelige baan om zo in het begin mijn weg hier wat beter te vinden. Ik begon er met mensen helpen in de winkel en nu ben ik teamleider. Daarnaast werk ik freelance voor Nederlandse media, onder meer voor een mediabedrijf dat elke dag promotiedeals online zet. Dat gebeurt in Nederlands ’s nachts, dus voor hen is het fijn om mensen in te zetten die vroeger leven. Daarnaast schrijf ik artikelen voor vakbladen. Een leuke combinatie.”

Hoe gaat dat op de werkvloer in Amerika, in vergelijking met Nederland?
“Het is hier over het algemeen best hiërarchisch en ook contact met collega’s gaat er anders aan toe.”

Is dat waar je het meeste aan moe(s)t wennen in de VS?
“Ja, een kwestie van cultuurverschil denk ik. Het open zijn en het praatje maken, dat vind ik nog steeds heel erg leuk. Al kom je, en dat klinkt misschien een beetje cliché, niet veel verder. De Amerikanen delen niet veel, ze zijn niet heel open over hun eigen leven. Dan vraag je; ‘Hoe was je weekend’? Waarop je hoort; ‘Echt fantastisch!’ Wat heb je dan gedaan? ‘Niet zo veel’. Niemand deelt echt veel van zijn of haar leven. Van je collega’s weet je soms niet eens of ze getrouwd zijn of kinderen hebben. In Nederland vind ik het fijn dat dat je heel collegiaal bent naar elkaar toe en dat je die dingen met elkaar deelt. Dat waardeer ik wel aan Nederland, die openheid. Ik wil niet zeggen dat Amerikanen niet eerlijk zijn, maar ze zullen het niet snel zeggen als ze ergens mee zitten. In Nederland krijg je meteen feedback of opbouwende kritiek. Hier zijn ze wat gereserveerder daarin.”

In Nederland zijn we over het algemeen veel directer?
“Dat denk ik wel. Ik zie hier soms een schrikreactie als ik iets heel direct zeg. Amerikanen zijn moeilijker te peilen, is mijn ervaring. Soms zijn ze wel heel direct, andere keren vinden ze dat je iets echt niet kunt maken. Bij Nederlanders weet je sneller hoe het ervoor staat. Verder merk ik dat ze hier graag horen wanneer ze iets goed hebben gedaan. Ik ben op werk, maar ook in een winkel, veel complimentjes aan het maken. Als teamleider hoort dat bij mijn taken, benadrukken dat iemand iets heeft gedaan, helemaal ‘awesome’ natuurlijk. Inmiddels ben ik daar wel in getraind, maar in het begin was dat even schakelen.”

Heb jullie al Amerikaanse vrienden gemaakt?
“Nee, geen Amerikaanse. Ik weet natuurlijk niet hoe dat ergens anders is en ik wil ook niet iedereen in één hokje stoppen, maar ik heb het idee dat ze daar minder voor openstaan. In het weekend is men hier veel samen met familie en ze hebben hun vaste vriendenclub al opgebouwd. Het voordeel van Boston is dat het hier erg internationaal is, dus er zitten ook veel Nederlanders. Wij hebben hier vooral contacten met Nederlanders en andere nationaliteiten. Dat zoekt elkaar toch een beetje op, want je bent toch een soort van lotgenoten. Je loopt tegen dezelfde soort vragen op.”

Hoe is het om in Boston te wonen?
“Boston heeft ons positief verrast. De stad is heel erg mooi en de wijkjes zijn erg kleurrijk. Amerika heeft niet zo veel historie als Europa; je hebt het over 200 jaar versus 2000 jaar, maar in Boston merk je dat men trots is op de historie. Er is in Boston ook veel Amerikaanse geschiedenis. Loop je de Freedom Trail dan kom je langs al deze hoogtepunten. Het is een vrij compacte stad, met alles redelijk dicht bij elkaar. Er is veel te doen en er zijn veel mooie stadsparken, zoals Boston Public Gardens. Ook de musea en varen, bijvoorbeeld naar Boston Harbour Island, is erg leuk. Je kunt er zelfs kamperen. In de zomer gebeurt het hier; van mei tot en met september is alles open. Dan zijn er veel buitenactiviteiten, BBQ’s, outdoor filmavonden en ik volg zelf sportlessen buiten. Daarna maakt iedereen zich op voor de winter.”

Die kunnen in het noordoosten behoorlijk extreem zijn.
“Ja, al viel het afgelopen winter mee: we hebben drie keer een sneeuwstorm meegemaakt. Dan ligt alles vol, maar er worden wel maatregelen genomen. Er komen continu sneeuwschuivers voorbij. Als er écht sneeuw ligt, dan volgt er een ‘snow day’, waarop alle bedrijven en scholen dicht zijn. Iedereen blijft thuis, niemand waagt zich de weg op. En bij bedrijven waar ze wel aan het werk zijn, zoals in mijn geval, zijn ze de hele dag aan het schoffelen buiten, constant. En op lokale nieuwszenders hebben ze de hele dag sneeuwalerts. ‘Kijk, hier ligt sneeuw. Kijk, hier ligt nog meer sneeuw.’ Dat gaat zo de hele dag door, dat is wel vermakelijk. Maar het is er allemaal goed op ingericht.”

Lianne schrijft, New York

Welke binnenlandse reizen hebben jullie al gemaakt? Jullie wanen je als Amerika-liefhebbers vast als kinderen in een snoepwinkel.
“We dachten echt dat we hier aan de oostkust in een gebied kwamen waar het minste te zien zou zijn van Amerika. Maar we vinden het echt prachtig hier. In heel New England, dus in New Hampshire, Vermont, Rhode Island en Maine, ben je in één à twee uurtjes rijden. Je hebt prachtige bergen en vooral de herfst is hier echt heel mooi. Aan de kust vind je schattige plaatsjes en vissersdorpjes, bijvoorbeeld in Newport en Cape Cod. Het is prachtig om hier te rijden, qua natuur hoef je het noordoosten zeker niet over te slaan. Verder hebben we al voordat we emigreerden de westkust bezocht – het rondje San Francisco, Yosemite, Grand Canyon en Los Angeles − en voor Thijs zijn werk ook Tennessee aangedaan. We hebben hier meer reislust dan in Nederland. We zijn hier natuurlijk ook om zo veel mogelijk te zien. In Nederland gingen we niet snel een weekendje naar Duitsland of Frankrijk met de auto. Dat zijn afstanden die je hier sneller aflegt.”

Acadia National Park al gezien?
“Acadia National Park stond heel hoog op ons lijstje; daar gaan we deze maand met Nederlandse vrienden naartoe die bij ons op bezoek komen.” En we zijn inmiddels geweest! binnenkort meer over dit prachtige park.

Wat staat er verder nog op de bucketlist?
“Wat overblijft zijn Chicago, Seattle, het Noordwesten de Rocky Mountains/Yellowstone. Thijs wil graag Interstate 93 naar het westen rijden en ik wil graag naar Montreal in Canada, dat is zo’n vijf uurtjes rijden vanaf Boston. Naast de tripjes in New England ben ik een aantal keer (met bezoek) in New York geweest, ook vijf uurtjes, prima te doen met de bus. In november maken we een reis vanuit Boston naar Washington DC, Philadelphia en dan door de Berkshire-bossen naar Great Smoky Mountains, Atlanta en vervolgens via de oostkust via North en South Carolina weer terug. Ja, er valt nog zo veel te ontdekken. Wat dat betreft zijn we nog steeds wel een beetje toeristen in eigen stad.”

Jullie zijn onlangs verhuisd van Cambridge naar Somerville, even buiten Boston. Waarom?
“Het eerste jaar woonden we op een goede locatie, eigenlijk direct tegen MIT aan en dicht bij ons werk. Een ideale plek om te starten. De huurprijzen zijn hier echter schandalig. Het begint vanaf 1800 dollar voor een 1-kamerappartement en dat gaat door tot circa 4000 dollar per maand. Daarnaast betaal je bij aanvang ook maandhuren voor de makelaar, borg en laatste maand. Met deze bedragen loopt dat al snel op. Wij zaten daar wel aan de onderkant van, met een appartement dat net zo groot was als onze eerste studio in Utrecht. Nu hebben we voor hetzelfde bedrag een appartement met twee slaapkamers. Zo groei je ook hier constant. We zitten verder van de stad af, maar het is dus groter en goedkoper en alsnog dicht bij de metro.”

Het is dus wel een kostbaar avontuur?
“Ja, die prijzen blijven wel een beetje pijn doen. Voor de huur, maar ook dagelijkse boodschappen. Ik blijf gokken hoeveel hetzelfde me bij de Albert Heijn zou kosten. Ik denk dat een tweede uitspraak die je me vaak hoort zeggen is ‘Jeetje, toch wel echt duur he.”

Thijs en Lianne herfst in Maine. Foto Vincent Portegijs

Last van heimwee?
“Niet echt eigenlijk. Al zijn er soms moeilijke momenten. We hebben bijvoorbeeld wat bruiloften gemist of konden er niet zijn bij begrafenissen, dat is lastig. En baby’s, zoals ons neefje, worden geboren. Die mis ik dan wel echt. Verder is het contact met vrienden en familie redelijk goed via WhatsApp, bellen en Skype. Ook komt er veel bezoek langs, super leuk. Dit jaar was ons huis al voor vier maanden gevuld, geen tijd om te vervelen. We weten bovendien dat we over een paar jaar weer teruggaan. Tot dan willen we hier nog genieten en hebben dan ook zin om écht weer terug te gaan.”

Ok, dat staat dus al vast, dat jullie niet permanent in de VS blijven?
“Zeg nooit nooit, maar dat denk ik niet nee. In het begin was ik daar meer open in. Ik dacht; als het hier leuk is, dan blijven we hier. Ik merk nu wel dat het na een paar jaar goed is om weer terug te keren. Ook laat ons visum het niet toe om langer te blijven. Ik gok dat we dan in de Greencardprocedure terechtkomen. Al doen we ieder jaar mee aan de Greencardloterij hoor, je weet tenslotte maar nooit.”

Over USA365.nl:
Diepgang, diversiteit en kwaliteit: dat is USA365.nl. Een website van en voor Amerika-liefhebbers, met reistips en verhalen over cultuur, natuur, geschiedenis, politiek, sport en andere zaken die dit land zo fascinerend maken. We delen onze ervaringen en kennis graag met mensen die dezelfde passie hebben.

 

Share This: